Hoe is aankloten ontstaan?
Ruim vier jaar geleden realiseerde ik me ineens dat ik te weinig had aangekloot. Ik had net een flinke burn-out achter de rug en ging voor mezelf opzoek hoe dit zover was gekomen. Ik concludeerde dat ik plezier op een aantal levensgebieden vervangen had voor presteren. In mijn werk, hobby’s en privéleven raakte ik steeds verder besmet het prestatievirus. En ik ben er een tijdje best ver mee gekomen. Van het speciaal onderwijs naar het behalen van een masterdiploma aan de universiteit en het opbouwen van een eigen bedrijf samen met jeugdvriend Tijs Koedam.
Toen ik eenmaal herstellende was en weer zin had in het leven, besloot ik om uit te zoeken waarom ik te weinig had aangekloot. En nu vraag jij je misschien af hoe ik op dat aankloten ben gekomen? Nou dat is als volgt gegaan. Tijdens mijn burn-out heb ik me suf gezocht naar ervaringsverhalen van mannen met soortgelijke klachten, maar tot mijn verbazing waren die behoorlijk schaars. Ik heb veel zachte en goed bedoelde zelfhulpboeken en blogs gelezen die een wat softe en serieuze aanpak hadden.
Als man voelde ik me niet echt aangesproken. Ik miste een beetje humor, harde grappen en een andere kijk op stress gerelateerde klachten. Mindfulness en eenvoudige meditatie oefeningen hebben me in mijn moeilijkste periode absoluut geholpen, maar toen ik weer wat verder hersteld was ik toch opzoek naar iets anders. Tot mijn verbazing ging er een wereld voor me open. Zodra ik het woord aankloten benoemde bij mensen die ik hier over sprak, gingen ze meteen aan. Het woord riep wonderlijke associaties op die een enorme bron van inspiratie zijn geweest voor mijn boek. Ik heb topondernemers, wetenschappers en topsporters mogen bevragen over wat voor hun de essentie is van aankloten. Op basis van mijn zoektocht ben ik tot vijf leefregels gekomen die je toe kunt passen om aan te leren kloten:
- Maak ruimte voor spel
- Zoek de verveling op
- Sta open voor falen
- Durf kwetsbaar te zijn
- Neem jezelf niet te serieus
Als ik weer is ben vergeten om aan te kloten, dan pak ik deze vijf leefregels erbij. Die obsessie met presteren is voor mij namelijk altijd een valkuil. Of het nu gaat over werk, sport een goede vader willen zijn. Ik wil op zoveel mogelijk vlakken presteren. Dat prestatievirus gaat gepaard met faalangst. Niet op willen geven en maar doorgaan om weer een nieuwe prestatie neer te zetten. Aankloten is het tegenovergestelde van presteren. Het is sympathiek, relaxed en er zit een enorme zelfliefde in het begrip.
Dus daarom wil je vragen om iets aardigs te doen voor jezelf en voor een ander. Stel je zelf af en toe de vraag: “ben ik nog aan het aankloten”? Of vraag het aan een vriend, collega of je partner: “ben je eigenlijk nog wel is aan het aankloten?”